Home Hoger Hoge Wolken Middelbare Wolken Lage Wolken Streekgebonden bewolking
| |
Wolkenclassificatie.
In
1803 presenteerde de Britse amateur-metereoloog Luke Howard (1772-1864) bij zijn
plaatselijke wetenschappelijke vereniging een wolkenindeling die was gebaseerd op de meest
voorkomende wolkenvormen. Om deze vormen aan te geven gebruikte Howard het Latijn.
Afzonderlijke laaghangende wolken noemde Howard Cumulus wat 'hoop' betekent. Uitgestrekte
wolkenlagen noemde hij Stratus (wat 'laag' betekent), terwijl hij hoge, vezelige wolken
Cirrus noemde wat 'haarlok' betekent. De aanduiding Nimbus betekent dat de wolken regen
brachten. Het mooie van Howards indeling was dat met behulp van combinaties van deze
begrippen ook meer specifieke wolkentypen konden worden aangeduid. Het systeem werd direct
met groot enthousiasme aangenomen. De Duitse dichter Goethe, die ook een natuurliefhebber
was, heeft zelfs vier gedichten aan Howard en zijn wolkenindeling gewijd.
Internationele indeling
volgens 10 geslachten.
Hoogteklasse |
Wetenschappelijke Naam |
Afkorting |
Betekenis |
Gemiddelte Hoogte |
Hoge Bewolking
|
Cirrus Cirrocumulus
Cirrostratus |
ci cc
cs |
toefje, haarlokje opgebolde toefjes
laag, deken van ci |
8000-12000 m 6000-10000 m
6000- 8000 m |
Middelbare Bewolking
|
Altocumulus Altostratus
Nimbostratus |
ac as
ns |
hoge, opgetilde stapel hoge, opgetilde deken
laag, deken met regen |
3000-6000 m
3000-6000 m
2000-5000 m |
Lage
Bewolking
|
Stratus Stratocumulus
Cumulus
Cumulonimbus |
st sc
cu
cb |
laag, deken laag met opbollingen
hoog, stapel
stapelwolk met regen |
0-2000 m 500-2000 m
500-6000 m
3000-15000 m |
Genoemde geslachten kunnen voorkomen in verschillende soorten en variëteiten.
Soorten en Variëteiten: Bij
elke soort en variëteit kunnen specifieke vormen en verschijnselen voorkomen. Bij elke
soort, variëteit, vorm of verschijnsel is vervolgens het geslacht vermeld waarbij dit kan
voorkomen.
Indeling in 13 soorten:
Wetenschappelijke Naam |
Betekenis |
Fibratus Cirrus Fibratus Cirrostratus |
Vezelachtig, draderig, sluier met draderige struktuur. |
Uncinus Cirrus |
Met toefjes, als langgerekte komma's of als hockeystiks. |
Spissatus Cirrus |
Zo dik gelaagd dat de cirrus nabij de zon een grijsachtig
aanzien krijgt. |
Castellanus Cirrus Castellanus Cirrocumulus
Castellanus Altocumulus
Castellanus Stratocumulus |
Met kantelen, torentjes die een gemeenschappelijke basis
hebben. |
Floccus Cirrus Floccus Cirrocumulus
Floccus Altocumulus |
Als kleine proppen, als vlokken watten, enigszins cumuliform. |
Stratiformis Altocumulus Stratiformis Stratocumulus
Stratiformis (soms) Cirrocumulus |
Gelaagd, opbollingen van enige omvang ontbreken. |
|